U wilt uw vloer beschermen, maar waartegen? Welk materiaal moet u gebruiken, en op welke manier moet dat aangebracht worden? Er zijn vele soorten vloercoating, in allerlei kleuren en voor verschillende toepassingen. In dit artikel proberen wij u een beetje wegwijs te maken in de wereld van gietvloeren, zodat u in ieder geval een idee krijgt van wat u nodig heeft.
Materiaal
Voor een vloercoating kunt u kiezen voor twee soorten materiaal: epoxy en polyurethaan. Hierbij zit het grootste verschil in de hardheid van de uiteindelijke vloer. Epoxyvloeren zijn wat harder, waar polyurethaanvloeren zachter en elastischer zijn. Dit is de reden dat epoxyvloeren voornamelijk in de industriële sector gebruikt worden. Polyurethaanvloeren zijn door hun elasticiteit beter bestand tegen krassen, en geven meer loopcomfort.
Daarnaast biedt een epoxyvloer oneindige mogelijkheden wat kleur en design betreft. Zo kunt u een bijvoorbeeld een mozaïek in uw vloer laten verwerken, of verschillende voorwerpen laten ‘vereeuwigen’ onder uw vloer. Als u een gewone, praktische vloer wilt voor in uw huis, is polyurethaan waarschijnlijk de beste keuze.
Methode
Een gietvloer en een vloercoating lijken op het eerste gezicht misschien hetzelfde, maar toch zijn er wezenlijke verschillen aanwezig. Het onderscheid wordt gemaakt in de dikte van de lagen. Een vloercoating is in de meeste gevallen niet dikker dan 1 millimeter, waar een gietvloer vaak tussen de 2 en 3 millimeter dik is.
Dit verschil zorgt voor een transparant effect bij vloercoating, waarbij de structuur van de ondergrond zichtbaar blijft. Dit kan een erg mooi resultaat opleveren bij bijvoorbeeld een houten onderlaag. Dit in tegenstellig tot een gietvloer, waarbij de ondergrond niet meer te zien zal zijn.
Het verschil in laagdikte zorgt ook voor het verschil in prijs, een vloercoating is de goedkopere variant van een gietvloer. Het is daarom van belang dat u weet waar u aan toe bent, en wat uw wensen zijn. Voor een gedetailleerd advies kunt u altijd het beste een afspraak maken met een specialist.